Vereniging Intern Toezichthouders Pensioensector

Themabijeenkomst 28 november

Intern toezichthouders vervullen een cruciale rol in het bewaken van de risico’s binnen de Wtp-transitie. Maar, waarschuwt regeringscommissaris Fieke van der Lecq, gedraag je niet als een mini-DNB of -AFM. Zoom ook uit; kijk breder dan alleen de belangen werkgevers en werknemers en probeer te leren van andere fondsen.

Die boodschap gaf Van der Lecq af tijdens de VITP-bijeenkomst op 28 november. De vereniging kwam bij elkaar op het KPMG-hoofdkantoor in Amstelveen voor de Algemene Ledenvergadering, gevolgd door een keynote van Van der Lecq en een paneldiscussie.

Van elkaar leren

De regeringscommissaris nam de aanwezigen mee in de status van de transitie. De groep koplopers is geslonken, waardoor het zwaartepunt van de transitie ligt op 1 januari 2026. Eind 2025 is 14 procent van het totaal aantal deelnemers ingevaren. Een jaar later, eind 2026, ligt dat percentage volgens de huidige planning op 73 procent.

Omdat fondsen maar één kans hebben voor een succesvolle transitie, benadrukt Van der Lecq het belang van ‘first time right’ werken. Dit kunnen fondsen bewerkstelligen door te leren van elkaar en gebruik te maken van de opgebouwde ervaring van uitvoeringsorganisaties.

Daarin spelen intern toezichthouders een belangrijke rol. Zij houden toezicht op onder meer de thema’s governance, invaren, financiële risico’s en niet-financieel risico’s. Máár, zegt Van der Lecq, ‘je bent geen mini-DNB of mini-AFM’. “Je bent méér dan dat.”

Uitzoomen

Ze moedigt intern toezichthouders daarom aan om ‘uit te zoomen’ op scope, proces en tijd. Houd oog voor stakeholders rond het fonds, eerdere en latere schakels in de keten en toekomstige generaties. Van der Lecq benadrukt dat dit geen checklist is, maar wel een thema waarop intern toezichthouders kunnen reflecteren.

“Kijk verder dan alleen werknemers en werkgevers en vraag je af hoe je het bestuur hierbij kan ondersteunen. Kijk van buiten naar binnen: hebben we alles in beeld? Wat zijn onze blinde vlekken? Het helpt hierbij om reflectiemomenten te organiseren met het bestuur, te praten met andere fondsen, vakliteratuur te raadplegen en je nader te verdiepen in de doelgroep.”

Werkdruk

Voor intern toezichthouders betekent dit een forse uitdaging, met alles wat ze al ‘op hun bordje’ hebben. Toch staat uitzoomen bij sommige toezichthouders al op de agenda. Paulien Siegman, lid van raden van toezicht, merkt tijdens de paneldiscussie op dat ze bijvoorbeeld bijzondere aandacht heeft voor de werkdruk op bestuursbureaus.

“De capaciteit en de werkdruk zijn voor mij punten van zorg. Mensen werken enorm hard, onder tijdsdruk. Dan is een dossier naar DNB gestuurd en volgt er direct alweer een vragenronde. Er is weinig ruimte om op adem te komen.”

De vergelijking valt met een marathon. Iemand suggereert daarentegen om de transitie te zien als een verzameling korte sprints. “Zodat je ook kunt stilstaan bij de succesjes.”

Toezichtstaak tijdens transitie

Maakt het tijdens de transitie uit of een fonds werkt met een Raad van Toezicht (RvT), niet-uitvoerende bestuurders (nub’ers) of een visitatiecommissie (VC)? De ervaringen zijn wisselend. De één vindt dat nub’ers ‘weinig doen’ in het Wtp-traject vergeleken met de RvT’s. Een ander heeft de ervaring dat een VC soms scherpere vragen stelt dan een RvT. In elk geval stijgt uit het panelgesprek het beeld op dat met name nub’ers en VC-leden moeten wennen aan hun rol in de transitie.

De ‘dubbele pet’ van de nub’er maakt het lastiger om onafhankelijk een oordeel te vormen. Visitatiecommissies staan juist meer op afstand en moeten daarin toch een actieve rol zien te pakken. De VC verandert langzaam in een ‘VC-plus’ of een ‘RvT-light’, zegt Marcel Roberts, die in het panel spreekt namens de visitatiecommissies. In plaats van eens per jaar, zitten VC’s nu doorlopend aan tafel. “Dat is voor beide kanten wennen.”

Checks & balances

Nub’ers moeten hun dubbelrol omarmen. “Die dubbele pet hoort bij het model. Als bestuur ben je gezamenlijk verantwoordelijk, maar als nub’er heb je een eigen taak”, zegt panellid Ronald van Hees namens de niet-uitvoerende bestuurders. “Je bent ook het communicatiekanaal naar je achterban. Je hebt beide rollen en dat moet je accepteren. Bouw checks & balances in, bijvoorbeeld met externe sleutelfunctiehouders. Die nemen hun ervaringen van andere fondsen mee.”

Daarnaast is het in de transitie belangrijk om als intern toezicht bestuurders te blijven toetsen op hun eigen visie, vindt Paulien Siegman. “Soms lees je formuleringen waarvan je denkt: komt dit van het bestuur zélf of linea recta vanuit het bestuursbureau? Dan is het goed om daarop door te vragen: wat weet en vindt de bestuurder nou zelf?”

Succesvolle transitie

Van der Lecq houdt zich op de vlakte over hoe groot de kans is op een succesvolle transitie. Volgens de regeringscommissaris zit de sector nu in de moeilijkste fase, waarin zwaktes en problemen duidelijk worden. De crux zit in de snelheid waarmee het leereffect bij uitvoeringsorganisaties en tussen fondsen onderling van de grond komt. “Die dynamiek is noodzakelijk. Het kan nu nog beide kanten op.”

Des te belangrijker dat het intern toezicht bestuurders met raad terzijde blijven staan. En, merkt een aanwezige op, vergeet ook niet om het bestuur af en toe een complimentje te geven.

 

Bestuur VITP

Den Haag, december 2024